Vegan bakken kan echt een piece of cake zijn. Zolang je rekening houdt met een aantal tips.
Wil je graag het recept van jouw oma veganizen dan zul je waarschijnlijk her en der een paar ingrediënten moeten vervangen. Melk is simpel, je kunt een gelijke hoeveelheid plantaardige melk gebruiken. Soja werkt vaak het beste aangezien het een hoog eiwitgehalte heeft. Traditioneel wordt er vaak karnemelk gebruikt om een cake lekker fluffy te maken. Daarom zul je regelmatig zien dat een recept vraagt om een paar druppels citroensap of azijn onder de sojamelk te mengen. Hierdoor gaat de sojamelk schiften, met een karnemelkachtig resultaat. Daarnaast zorgt het citroensap ervoor dat het bakpoeder beter zal werken. Laat die extra luchtigheid maar komen.
En ook voor boter vind je gemakkelijk een vegan alternatief in de supermarkt. Voor het beste resultaat let je er best op dat de boter of margarine een vetgehalte van ongeveer 75% heeft. In sommige gevallen kun je de boter ook vervangen door plantaardige olie zoals in het recept voor de beste chocoladecake van je leven. Aangezien olie (dus ook kokosolie) 100% uit vet bestaat en dus geen water bevat, kan die een groot effect hebben op het eindresultaat.
Vooral eieren kunnen soms wat tricky zijn om te vervangen: ze hebben namelijk meerdere functies. Een ei kan zorgen voor luchtigheid, stevigheid en binding. Daar kan een banaan of appelmoes vaak niet tegenop. Wil je in een bestaand recept een ei vervangen, zul je dus even moeten kijken welke functie het ei daarin heeft. Opgeklopt eiwit, in bijvoorbeeld een meringue, kun je vervangen door opgeklopte aquafaba (het vocht in een blik kikkererwten) zoals je kunt zien in het recept van de citroentaart. In de pannenkoeken gebruik ik dan weer tofu of kikkererwtenmeel, en in het recept voor de vanillewafels wordt er chiazaad gebruikt. Vraagt een vegan recept voor een flax egg of een chia-ei dan wordt er een eetlepel gebroken lijnzaad of gebroken chiazaad gemengd met twee eetlepels water bedoeld. Laat dit mengsel een zevental minuten staan voor een gelei-ig resultaat. Handig in koekjes zoals speculaasjes. Het kan leuk zijn om te zoeken welk plantaardig alternatief het beste werkt in het traditionele recept, maar speel je liever op veilig dan vertrek je best meteen van een vegan recept.
Niemand wil een taaie cake. Let er daarom voor op dat je je beslag niet té lang mengt. De meeste recepten vragen daarom om eerst alle droge en natte ingrediënten apart te mengen. Eens je ze bij elkaar doet, kan het vocht de gluten van de bloem activeren, hetgeen geweldig is voor brood of pizzadeeg, maar bij een cake wil je dit liefst vermijden. Schep je cakebeslag dus voorzichtig door elkaar totdat alles nét gecombineerd is en blijf er daarna af. Zo voorkom je een cake die taai en dens is.
Daarnaast let je er best op dat de ingrediënten op kamertemperatuur zijn. Dit is vooral belangrijk als je boter gebruikt in bijvoorbeeld een botercrème of koekjes. En ten slotte: blijf met je handen van die oven zolang je cake nog aan het bakken is. Tegen het einde van de baktijd mag je al wel eens piepen en met een satéprikker testen of je cake helemaal klaar is. Tussendoor laat je de oven best dicht, anders kan de temperatuur plots te hard dalen, met een ingezakte cake als resultaat.
Voor extra luchtigheid kun je een combinatie gebruiken van bakpoeder en baksoda. Bakpoeder wordt geactiveerd door warmte maar baksoda heeft de hulp van iets zuurs nodig. Vraagt een cake met baksoda dus om wat appelazijn of citroensap dan weet je vanaf nu waarom.
